Zo, bijna een week voorbij en weer een nieuw verhaaltje! Ik had al een bruggetje gelegd naar dit verhaal door te melden dat de staat Israël niet alleen aanvallers binnenlands te baas was maar ook buiten de grenzen aardig van aanpakken wist.
Operation Opera: het bombardement van de Osirakkernreactor in IrakHoessein en Chirac proosten!
Menachem Begin en Moshe Dayan (met het oogkapje, op hem kom ik nog wel eens terug)
De Osirak-kernreactor was van Franse makelij en gebouwd in 1977 als onderdeel van een overeenkomst tussen de Franse premier Jacques Chirac en de Iraakse dictator Saddam Hoessein. Volgens de Iraakse regering diende de centrale uitsluitend voor het vreedzaam gebruik van kernenergie. (Hey! Waar hebben we dat eerder gehoord?) Maar de toenmalige Israëlische premier Menachem Begin (Hey! Waar hebben we die naam eerder gehoord? Ook zo'n lieverdje.) verklaarde dat de in aanbouw zijnde centrale slechts bedoeld was voor de ontwikkeling van atoomwapens en gaf de opdracht de centrale met een precisiebombardement te verwoesten. Begin sprak van een “defensieve actie” omdat Israël door de plannen van Saddam Hoessein gedwongen werd actie te ondernemen. In een verklaring in het officiële orgaan van de Iraakse Baath-partij in 1980 werd duidelijk dat de Osirak reactor bestemd was om tegen, wat men noemde, de zionistische vijand op te treden.
De vliegroute van de Israëlische vliegtuigen.
De Israëlische commandoactie vond plaats op zondag 7 juni 1981 onder de naam Operatie Opera nadat Saddam Hoessein had gedreigd Israël met vier atoombommen te zullen vernietigen. Er was voor de zondag gekozen om zo weinig mogelijk personeel te treffen omdat verondersteld werd dat ze die dag vrij zouden hebben. Tevens was gekozen voor een bombardement vóór de reactor in bedrijf kon worden genomen om, zo luidde de verklaring, nucleaire besmetting van de omgeving en daarmee honderden burgerslachtoffers te voorkomen.
F-16 die gebruikt werd tijdens de raid.
Acht F-16 jachtbommenwerpers en zes F-15 escortevliegtuigen van de Israëlische luchtmacht (IAF) vertrokken vanaf de luchtmachtbasis Etzion in de Sinaïwoestijn voor een vlucht van 1100 kilometer naar de Osirak reactor via de luchtruimen van Jordanië, Saoedi-Arabië en Irak. Om de Saoedi's te misleiden deden de piloten zich voor als Jordaniërs, onder meer door hun onderling radiocontact in het Arabisch te voeren. Bovendien vlogen ze op een hoogte van circa 240 meter boven de woestijn waardoor de kans groot was niet opgemerkt te worden door de grondstations en door Amerikaanse AWACS-toestellen die boven Saoedisch grondgebied patrouilleerden.
De reactor voor en na de aanval. De reactor werd vervolgens volledig verwoest zonder verliezen aan Israëlische kant. Alle vliegtuigen keerden veilig naar hun basis terug.
De wereld reageerde geschokt en verontwaardigd vanwege wat men noemde, de ongehoorde brutaliteit van de Israëlische actie. De Arabische landen, Frankrijk, Engeland, de Verenigde Staten en het Internationaal Atoomagentschap reageerden woedend op de aanval en trok de beschuldiging van Israël dat Saddam werkte aan de ontwikkeling van atoombom in twijfel omdat Irak in 1970 het verdrag tegen de verspreiding van kernwapens had ondertekend. De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties nam unaniem resolutie 487 aan waarin de aanval werd veroordeeld. Maar wanneer Menachem Begin deze beslissing niet had genomen, dan zou de Iraakse reactor een ernstige bedreiging zijn geworden voor het hele Midden-Oosten.
Toen men de toenmalige inspecteur-generaal Grümm van het Atoomagentschap later confronteerde met de feiten dat Irak hoogverrijkt uranium had verkregen en het de beschikking had over splijtstoffen, was Grümms reactie “daarover heeft niemand mij ooit geïnformeerd”. Maar meneer sprak de waarheid niet, want Israël had tot in detail alle informatie waarover het beschikte, aan het Bureau voor Atoomenergie doorgespeeld, zonder dat daar iets mee gedaan werd. Zo konden de Fransen ongestoord doorgaan met de bouw van de centrale waarvoor het materiaal door Rusland en andere landen werd geleverd. De vernietiging van de centrale staat nog altijd te boek als één van de meest gedurfde en succesvolste luchtaanvallen uit de moderne geschiedenis. De Israëlische toestellen moesten honderden kilometers vijandelijke radarsystemen (voornamelijk Russische) ontwijken en voerden een bijna onmogelijk geachte operatie uit, die over de hele wereld veel indruk maakte, met name in militaire kringen. De Sovjets krabten zich nog evenachter de oren dat hun radarinstalleties alweer niet goed bleken.
Uit openbaar geworden documenten die het Amerikaanse Pentagon heeft vrijgegeven, is gebleken dat vier maanden voor de Iraakse inval in Koeweit, Saddam Hoessein in 1990 in een gesprek met Jasser Arafat heeft gezegd van plan te zijn geweest chemische strijdmiddelen tegen Israël te gebruiken. De opname van deze gesprekken behoort tot de documenten die door de Amerikanen zijn ontdekt op 13 april 2003 in het hoofdkwartier van de Iraakse geheime dienst. De spionnen van Saddam verzamelden informatie over tientallen instellingen in Israël die met infrastructuur, verkeer, religie en wetenschap te maken hadden. Bij het verzamelen van al deze informatie blijken de Irakezen eveneens gebruik te hebben gemaakt van “Force 17” de persoonlijke lijfwacht van Arafat.