Er is nog een lange weg te gaan, maar jullie reacties maken het allemaal de moeite waard. Of ik het allemaal correct doe, is moeilijk te controleren. Zo checkte ik op Wikipedia de breedte van de tank op 4,39 meter, wat gedeeld door 35 eerder op 12,5 centimeter dan op 13 komt, wat ik tot hiertoe gebruikt had. Maar ik zal er nog altijd een stuk dichterbij zitten dan recht uit de doos.
De bogies zijn nu allemaal versmald, geplamuurd en geschuurd. Het gevolg is dat er bepaalde stukken van het profiel waarmee ze aan de hull vast zitten, doorgeschuurd zijn. Dat kan je echter niet zien als de tank af is. Het probleem zijn nu de baanwielen waar de as het begeven heeft, die moeten nu opnieuw uitgeboord worden en van een asje voorzien.
Deze illustratie toont een ander probleem in het ontwerp van het model, waar waarschijnlijk nog niemand van op de hoogte was en dat ik eerder toevallig ontdekte. Bij het vergelijken van de positie van de bogies op het chassis kwam ik tot de vaststelling dat het plan dat ik gebruikte, afwijkingen had in de afstand van de eerste tot de tweede bogie. Zo niet bij Dragon. Waarschijnlijk is dit bij een Sherman inderdaad een identieke afstand, aangezien die een normale gewichtsverdeling heeft. Toen ik ging checken op foto's, had de T28 een kortere afstand tussen de twee voorste bogies dan bij de volgende. Waarschijnlijk is dat om het overgewicht van het dikke frontpantser op te vangen. Dragon ging hier dus weer in de fout, buiten het feit dat ze ook de positie van de eerste bogie al fout hadden. Ik kan dus buiten de as van de idler niets behouden van de geometrie van de ophanging, alles wordt dus afgezaagd en opgevuld zo nodig. Gelukkig vallen de locator holes voor de bogies nog allemaal achter de aanhechtingsplaten, ik moet daarvan alleen de locator pins afknippen. Alle rollers en koppelstukken moeten verplaatst worden, dus die bussen moesten ook afgezaagd worden.
De versmalde bogies waren hier al vastgelijmd op de hull voordat ik die stukjes afgezaagd had. Dat lukte nog wel met een Airwaves zaagje. Voor de andere kant heb ik de volgorde dus maar omgekeerd.
Het bovenaanzicht van de stukken toont een andere afwijking van Dragon. Het patroon van deze steuntjes voor de takels raakt de buitenkant van de sponson, dat is op het plan en op de foto's dus niet zo. Dat passen we later wel aan. Wat wel nu gebeurd is: de sponson is 1 millimeter versmald over de hele lengte, je ziet het restant onderaan nog liggen. Daarna is het even schuren en tegen een lineaal leggen om dat terug strak krijgen.
De verplaatsing van de sprockets is ook al geregeld aan beide kanten, hier wordt het gat uitgeboord naar dezelfde diameter als van de vorige opening. Dat doe ik wel zonder boormachine om het midden te bewaren.
Daarna wordt de achterste zijde 9,5 mm naar voor geprojecteerd. Door het afzagen valt de afronding van de transmissiebehuizing er mee af, dus die moest nog eens apart afgesneden en geherlocaliseerd worden.
Deel 2 is al grotendeels voorbereid op dezelfde manier, nu zonder de sprockets die in de weg staan. Let op de afwisselende richting van de schokdempers op de bogies, zoals die in het Patton-museum aanwezig was. Als volgende stap ga ik kleine gaatjes boren door de twee zijpantsers heen op de plekken waar ik de bussen voor de rollers ga zetten. Zo moet er maar 1 keer gemeten worden; ik hoop dat ze aan beide kanten symmetrisch zijn. Ik zie nu net dat de as voor de idler zelf er ook nog aan gaat... Die staat ook weer fout geparkeerd op de bevestigingsplaat, die wel juist stond.