Normaal gezien kon ik nu mijn HMS Rodney beginnen spuiten, want die is ei zo na afgewerkt. Ik moet echter een week op verplaatsing naar Oostende, waarbij ik niet de beschikking heb over schildergerei. Gelukkig heb ik onlangs geïnvesteerd in een goeie hobbybak die ik gemakkelijk overal mee naartoe kan nemen. Daarom ben ik nu in staat om toch alvast het plakwerk te doen aan één van de kitjes waar ik al een tijdje op gebrand was om ermee aan de slag te gaan. Het gaat om dit:
Dit is de verlengde versie van de Duitse Wiesel I APC, die met de helikopter vervoerd kon worden. Deze versie 1 was ook wat lager en had hierdoor betere luchttransportcapaciteiten dan de Wiesel II, maar was niet geschikt als basis voor verschillende taken die door versie II nu mogelijk zijn, zoals deze raketlanceerder, het commandovoertuig, de radareenheid, personeelscarrier, ambulance en zelfs mortiercarrier (hoewel bij dit laatste experiment het gestel van de tank extra zwaar belast wordt). Al deze taken kunnen dus door een mobiele pantserbrigade uitgevoerd worden in plaats van dat hiervoor infanterietroepen moeten worden ingezet. De Wiesel II heeft de volgende technische gegevens:
Gewicht: van 2.75 tot 4.78 ton
Lengte: Wiesel 1: 3.55 meter Wiesel 2: 4.78 meter
Breedte: Wiesel 1: 1.82 meter Wiesel 2: 1.87 meter
Hoogte: Wiesel 1: 1.82 meter Wiesel 2: 2.17 meter
Crew: 2 of 3
Motor: 2.1 L Audi 5-cylinder in-line turbo-diesel met intercooler en directe injectie
Vermogen: Wiesel 1: 64 kW (86 pk) Wiesel 2: 81 kW (109 pk)
Bereik: 200 km
Snelheid: 70 km per uur (buiten oorlogssituaties beperkt tot 50)
Deze configuratie, de LeFlaSys Ozelot, heeft vier Stinger-raketten in een lanceersysteem dat opgevouwen kan worden voor betere transporteerbaarheid. De lancering kan uitgevoerd worden via een link met het controlevoertuig wanneer er een batterij van meerdere systemen samen opereert, ofwel van in het voertuig. Men kan zelfs de lanceringsmodule uit het voertuig halen en tot 50 meter verderop verplaatsen om van op een veilige afstand te werken. Het bereik van de raket is zo'n zes kilometer. De bemanning kan via een laaddeur achteraan het voertuig verlaten en de commandant moet zijn stoel negentig graden draaien om de consoles te bedienen.
Hoe heeft Revell dat alles nu aangepakt? Laten we eens kijken.
Het ziet er wel in orde uit, dus. Naast de sprues van de Wiesel krijg je nog een paar dropveters voor de tracks en een stuk zilverdraad voor de antennes. De handleiding en decals zijn ook voorzien. Wat nieuw is, is dat Revell met Eduard samengewerkt heeft om voor dit model een PE-vel te ontwikkelen, zodat een aantal details (zoals je ziet op de foto onder de doosinhoud) een behoorlijke upgrade moet ondergaan. Het gaat dan over de roosters boven de motor, de uitlaat, hengsels voor het materiaal, periscopen en zelfs de laseroptische onderdelen. Helaas zit dit nog niet in de doos als je het koopt, je moet er via aftermarket zo'n vijftien eurootjes voor neertellen en dat heb ik dan ook maar gedaan omdat dit toch zoiets kleins is dat er een aanzienlijk oppervlak door PE ingenomen wordt. Het enige dat nu nog niet state of the art lijkt, zijn de tracks, maar daar moeten we dan maar mee leven, er bestaat gewoon nog geen alternatief van Friul of consoorten. Je ziet links bovenaan ook een heel handig stukje referentie van Tankograd, nr. 5024, speciaal toegewijd aan wie alles wil weten over de Wiesel II. Deze heb ik in Putte gescoord. Hier zie je een wazig kijkje van de inhoud, ik was zonder flits aan het fotograferen maar je ziet dat je bepaald verwend wordt met mooie afbeeldingen. Geen kant van de Wiesel blijft onderbelicht en de tekst is tweetalig Duits en Engels.
Wat heb ik al gebouwd ondertussen? Ik moest al een aantal structuren wegschuren, zoals het rooster boven de turbo. Ook heb ik de periscopen van een PE prisma voorzien. Nu ben ik bezig aan één van de moeilijkste stukken, waarvoor een aantal lamellen van PE samengevoegd moeten worden in een holte aan de zijkant.
Uiteindelijk is het de bedoeling het schilderen van deze kit samen te doen met een andere, een Nederlandse YPR van AFV-club. Deze moeten beide immers in NATO-driekleurencamo en beide zijn aan de kleine kant om voor elk afzonderlijk drie keer van kleurbeker te wisselen. Volgens anderen kan ik de voertuigen echter moeilijk combineren in een dio, dus die YPR komt in een ander topic.